In mijn vorige artikel over revalideren schreef ik over mijn eerste revalidatieweek. Die viel me lichamelijk heel zwaar en ik bleek ingedeeld te zijn in de verkeerde groep. Omdat het doorvoeren van wijzigingen een week duurt, zou ik nog een week revalideren in de oude groep. In deze groep ligt de focus op grenzen aanvoelen en naar je lichaam luisteren. Daarna zou ik vanaf week 3 overstappen naar de conditiegroep.
Pauze om te luisteren naar je lijf
Week 2 ging heel goed. Ik voelde inmiddels goed aan waar ik wel en niet aan kon meedoen in deze groep. Hoewel ik soms stiekem op mijn hartslaghorloge keek tijdens sportieve activiteiten, merkte ik dat dit eigenlijk niet nodig was. Ik kon zelf ook aanvoelen wanneer iets te veel werd. In deze groep werd regelmatig even gepauzeerd en aan iedereen gevraagd: ‘Hoe voel je je? Hoe is je ademhaling?’ En, ‘kun je nog door of moet je even gaan zitten?’ Echt even letterlijk stoppen en voelen is effectief. Ze laten je zelf kiezen, maar als een fysiotherapeut ziet dat je te lang doorgaat, krijg je meer vragen. Net zolang tot je zelf doorhebt dat je lichaam signalen geeft die je misschien over het hoofd ziet.
Niet luisteren naar gevoel
Met een klein beetje pijn in mijn hart nam ik die vrijdagmiddag afscheid van de eerste groep: ‘Ging het nu niet eigenlijk toch heel erg lekker?’. Een stressvol weekend volgde: mijn vader kreeg een hartinfarct en de geboorte van mijn nichtje kwam maar niet zelf op gang. Hierdoor was ik maandagochtend niet uitgerust voor mijn eerste fietstraining in de nieuwe groep. Iedereen moest op eigen niveau 35 minuten fietsen, bepaald door de fietstest tijdens de intake. Ik wist meteen al dat ik, zelfs als ik op m’n fitst was, geen 35 minuten zou kunnen fietsen. En toch deed ik keihard mijn best, tot ik na een kwartier fysiek gedwongen werd te stoppen. Daarna volgde ook nog cardiofitness met 45 minuten spierkrachttraining. Ik wilde dit graag doen dus zonder naar mijn lijf te luisteren, deed ik het gewoon. En liep ik genadeloos tegen mijn grenzen aan.
Weer van groep wisselen
De rest van de week bracht ik voornamelijk in bed door. Mijn borstkas deed pijn, ik was aan het hijgen en werd duizelig als ik iets uit bed ondernam. Ik belde met de coördinator van het revalidatiecentrum en overlegde dat ik vrijdag niet zou gaan sporten. Ze wilde wel graag dat ik kwam voor de ademhalings- en ontspanningsles. Die les was met de fysiotherapeut uit de eerste groep en met haar besprak ik de situatie. We concludeerden dat mijn lichaam niet klaar is voor opbouw en dat ik in week 1 toch in de juiste groep was ingedeeld. De focus lag dan wel niet op een hartslag van onder de 94, maar luisteren naar je lijf en op tijd stoppen, is eigenlijk hetzelfde. Je leert dan op je gevoel te vertrouwen in plaats van op de hartslagmeter. We spraken af dat ik vanaf week vijf weer terug zou gaan naar de eerste groep en in week 4 sowieso niet zou gaan fietsen. Mijn behandelend arts adviseerde me later om in week 4 helemaal niet te sporten.
12 ademhalingen per minuut
Uiteindelijk had ik ongeveer tien dagen nodig om te herstellen van die ene maandag revalideren. In week 4 ging ik alleen naar het revalidatiecentrum voor rustige activiteiten, zoals de ademhalingsles en de psycholoog, aangezien deze activiteiten, naast bewegen, ook van groot belang zijn voor mijn revalidatie. Naast inspanning hoort ontspanning te staan, maar zonder inspanning heb je net zo goed ontspanning nodig. Een goede tip die ik daarvoor kreeg, is de VGZ Mindfulness app met ontspannings- en mindfulnessoefeningen. Voor gebruik hoef je niet verzekerd te zijn bij VGZ. Daar probeer ik er nu dagelijks een van te doen. Ook is het goed eens te kijken naar hoe vaak je per minuut ademhaalt als je ontspannen op de bank zit. Tussen de zes en twaalf keer is normaal. Als je daarboven zit, is het goed om minder vaak te leren ademhalen. Dan is je lichaam meer ontspannen en word je hartslag lager. Zelfs als ik niet aan het sporten ben, leer ik allerlei nieuwe dingen!
Meer lezen over hoe het revalideren Janet vergaat, klik dan hier.